Vliegen kunnen zich enorm snel vermenigvuldigen (onder gunstige omstandigheden binnen 10 dagen) en bij mens en vee tot overlast worden. Eén vliegenwijfje produceert met gemak vele honderden, soms duizenden eitjes -langwerpig
gevormd en wit van kleur. Deze eitjes worden -in series van 100-150 bij elkaar- afgezet in vochtig, rottend organisch materiaal, zoals mest, resten van krachtvoer en melk. Na enkele dagen komen uit de eitjes de vuilwitte, pootloze maden, die zich na ca. één week verpoppen. In het bruinkleurig ‘tonnetje’ (de pop), verandert de made
in een vlieg. Deze verpopping duurt ongeveer een week.
Aangetrokken door zoete veevoeders kunnen ook fruitvliegjes soms massaal in stallen voorkomen.
Vanuit hun broedplaatsen vliegen zij naar gezond vee, maar ook naar mensen; kunnen gevaarlijke ziektekiemen overbrengen. Maakt de werkomstandigheden voor de mens bijzonder onplezierig. Vliegenoverlast veroorzaakt onrust in de stal. Dit kan tot gevolg hebben, dat bv. tijdens het melken de melkstellen worden afgetrapt. Kortom: Vliegen kunnen bijzonder nadelig zijn voor de produktie en daardoor duurder dan men denkt.
Een doelmatige hygiëne en een algehele bestrijding van vliegen dient daarom een onderdeel te zijn van verantwoorde bedrijfsvoering. Het plaatsen van elektrische vliegendoders is ook vaak zeer effectief.